Onderwijs van de toekomst

Onderwijs van de toekomst

“Niet alle zevenjarigen hebben op alle vlakken hetzelfde niveau. We differentiëren wel, maar onvoldoende.” Rob Rosier, oud-directeur van kindcentrum Diamant, kijkt terug op de laatste 15 jaar van zijn loopbaan, waarin hij met zijn team toewerkte naar een nieuw, toekomstbestendig onderwijsconcept: domeinonderwijs.

Van nieuwbouw voor kindcentrum Diamant was 15 jaar geleden al sprake. Rob: “Toen zijn we gaan nadenken: hoe zorgen we dat het gebouw aansluit bij onze visie op onderwijs in de toekomst? We zijn gaan dromen: hoe ziet het onderwijs eruit en hoe ziet het gebouw van de toekomst eruit? Dat deden we samen met de kinderen: wat zou een prettige leeromgeving zijn?”

Domeinonderwijs

Het team van kindcentrum Diamant deed inspiratie op in binnen- en buitenland. Bij Mondomijn in Helmond werd het zaadje van domeinonderwijs geplant. Rob: “Als je voor domeinonderwijs kiest, dan is samenwerking essentieel. Je moet elkaars talenten benutten, elkaar leren kennen, leren hoe je met feedback geven en ontvangen omgaat.

Ik geloof niet in klassikaal onderwijs. Niet alle 7- jarigen hebben op alle vlakken hetzelfde niveau. We differentiëren wel in het primair onderwijs, maar vaak op 3 niveaus: onder-, op- en boven niveau. Daarmee doen we veel kinderen tekort. We moeten dat openbreken en per vak bij het niveau van het kind aansluiten.”

Koudwatervrees

“Domeinonderwijs is een totaal andere benadering en dus is er koudwatervrees op alle niveaus, van het Rijk tot bestuurders, van schoolleiders tot leerkrachten. Centraal staat vertrouwen en eigenaarschap. Dat begint bij de Rijksoverheid. Als een bestuurder vertrouwen en eigenaarschap voelt, durf je keuzes te maken. Als je gaat experimenteren, dan heb je bijvoorbeeld altijd even een dip in de resultaten. Dat hoort bij het zoeken.

Er is ook angst voor de onderwijsinspectie. Veel scholen voeren bij inspectie een toneelstukje op. Waarom laten we niet zien hoe het in de praktijk gaat? Waarom bespreken we juist de zwakke punten niet, zodat de inspectie mee kan denken en we van elkaar kunnen leren?”

Weerstand

“Een nieuw concept is spannend, dus ga uit van weerstand. Ik heb veel wisselingen in het team gezien. Leerkrachten die niet mee kunnen of willen in veranderingen. In traditioneel onderwijs heeft een leerkracht een eigen lokaal. Die hang naar een eigen ruimte en eigen klas zit een beetje in het DNA van leerkrachten, daar zijn mensen aan gehecht. De stap naar domeinonderwijs is dan groot. Al koos een leerkracht er bewust voor, dan was het toch nog heel moeilijk. We hebben professionele begeleiding bij ingeschakeld. Er was coaching op de werkvloer en maandelijks hadden we gesprekken over de manier waarop we met elkaar samenwerken en communiceren. Je moet structureel investeren in onderhoud totdat de nieuwe manier ingesleten is.”

Eigen talent

In mijn beleving maakt het werken in domeinen het vak van een leerkracht veel aantrekkelijker. Je geeft lessen waar je goed in bent, je hoeft niet alles te kunnen. Je stemt het als team op elkaar af, je hebt allemaal een eigen talent. Het vraagt wel iets anders van zowel leerkrachten als kinderen. Als leerkracht moet je open en creatief zijn en je moet structuur kunnen aanleggen, want er is meer structuur nodig dan in de traditionele situatie. Je moet bijvoorbeeld je programma goed afstemmen: je kunt niet een half uur uitlopen, omdat je collega dan de instructieruimte nodig heeft. En je moet anders leren kijken naar kinderen. Sommige kinderen weten heel goed wat ze nodig hebben, andere zoeken kinderen en plekken op waardoor ze het niet op tijd afkrijgen. Het ene kind heeft daarin dus meer sturing nodig dan het andere.”

Interieur

“Het toewerken naar een nieuw concept vraagt verschillende stappen en dat kost tijd. Het interieur is een belangrijke stap. De manier waarop je de omgeving inricht, maakt duidelijk hoe je werkt. Zo hebben we in het oude gebouw op een bepaald moment muren weggebroken om te ervaren hoe het zou werken. Het vraagt soms ook rigoureuze keuzes, zoals het in 1 keer vervangen van krijtborden door digiborden. Voor kindcentrum Diamant kozen we bewust voor een heel open gebouw. Een speelse, veilige, multifunctionele ruimte, zonder klaslokalen en met weinig muren. Het licht, de indeling en de ruimte werken goed,” besluit Rob.

Lees en zie hier meer van het interieur van kindcentrum Diamant!

Over Rob

Rob Rosier studeerde aan de Pabo Haagse Hogeschool en voegde daar later de opleiding voor schoolleider aan toe. Hij startte als sociaal cultureel werker, groepsleider en hoofd van kinderhuis Moria. In 2003 stapte hij over naar het onderwijs. Rob was de afgelopen 20 jaar directeur van kindcentrum Diamant in Den Haag. Inmiddels is hij gepensioneerd en als bestuurslid betrokken bij Petje Af.

Over kindcentrum Diamant

Diamant is een internationaal kindcentrum in Den Haag. In het gloednieuwe gebouw komen dagelijks kinderen uit meer dan 50 verschillende landen en culturen om met veel plezier te leren, spelen en ontdekken. Diamant biedt onderwijs, een kinderdagverblijf, buitenschoolse opvang en een peuterleerplek.

https://www.mondomijn.nl

Volgende lezen

Meubelmaker Anri op studiereis duurzaamheid